Mag je bang zijn?

Mag je eigenlijk bang zijn?

Als de Bijbel ons oproept niet angstig te zijn,
betekent dit niet dat je geen angst mag voelen.

Wanneer was jij voor het laatst bang?

Wat was jouw meest angstige moment in je leven?
Hoe reageerde je?

Midden in de nacht sprong André het bed uit, deed het raam open en riep ‘Kssst…!!’, daarna ging hij over op hard klappen met zijn handen en ‘Wegwezen!’ roepen. Ik schrok! Wat was er aan de hand? 

De kippen waren in paniek… ja.. en ik toen ook. Op zijn blote voeten rende André naar beneden, deed de deur open en door het raam zag ik dat hij in het donker nog steeds met blote voeten de ren van de kippen in schoot. Een marter had zojuist drie kippen doodgebeten en de anderen zaten angstig in een hoekje. Het deurtje dat ‘s avonds automatisch dichtgaat, had zijn werk niet gedaan…. 

Ik was bang.

De reden voor Jozua om bang te zijn was nog veel groter!

‘De Heer zei tegen Jozua:
“Wees niet bang voor hen,
want Ik geef hen in je macht.
Ze zullen jullie niet kunnen verslaan.”’ (Jozua 10:8, BB)

De situatie van het volk Israël was ongekend angstig.
Er was een complete oorlog gaande.
De koningen van de Amorieten vielen de stad Gibeon aan. De inwoners van Gibeon hadden een verbond gesloten met Israël. 

‘Help ons, Jozua!’, was de noodkreet van Gibeon.

Ik zou zeggen:
‘Daar vergaderen we nog even over. Ik kom er later op terug.’ (strategie: tijdrekken)
‘Is er overigens niet iemand anders die je zou kunnen bellen?’ (strategie: delegeren)

Maar dat ook Jozua bang was, is zo klaar als een klontje.
God zei niet voor niets:
‘Wees niet bang.’

Maar… bang ging Jozua doen wat God hem opdroeg.
Bang gingen ze op die verschrikkelijke vijand af.
En toen gebeurde het wonder!

‘… De Heer deed een groot wonder door het gebed van één man (Jozua).
Want de Heer streed aan de kant van Israël.’
(Jozua 10:14, BB)

Als angst op je deur klopt,
open dan met geloof.

Als angst op je deur klopt,
ga niet ‘delegeren’ of ‘vergaderen’,
maar handel in geloof.

Zullen we samen bidden?
‘Heer, ik wil angstig doen wat U mij vraagt, omdat ik weet dat U bij mij bent. U gaat wonderen bewerken. Ik laat de strijd over aan U. Amen.’

Bezinningsvraag:

• Waarvan weet jij op dit moment dat God je oproept om in actie te komen, maar blijf je zitten, omdat je bang bent? Wat ga je nu doen?